Nadat eerder dit jaar het Paasfeest al geheel in het teken van de coronapandemie stond, en paus Franciscus op 27 maart een indrukwekkende buitengewone zegen Urbi et Orbi gaf, was ook de viering Kerstmis door de coronamaatregelen zeer sterk beperkt.
Kerstnachtmis
Vanwege de avondklok was de nachtmis in de Sint-Pieter met twee uur vervroegd en begon daarom al om 19.30 uur. Net als met Pasen vond de viering plaats in het hoogkoor van de basiliek, rond het altaar waarachter de reusachtige Zetel van Petrus torent:
Door deze situering viel de relatief kleinschalige viering niet weg in de leegte van de voor de rest geheel verlaten Sint-Pieter. Paus Franciscus droeg als gebruikelijk bij hoogfeesten zijn sobere “franciscaanse” kazuifel met bijpassende mijter.
Zegen Urbi et Orbi
Op Eerste Kerstdag gaf paus Franciscus om 12.00 uur weer de traditionele zegen Urbi et Orbi. Wegens de coronamaatregelen was deze wederom alleen via de televisie en de Vaticaanse internetkanalen te ontvangen. Met Pasen gaf de paus deze zegen direct aansluitend aan de ochtendmis, staand voor het pauselijke altaar richting het volledig lege schip van de Sint-Pieter.
Voor de kerstzegen was de opzet anders: voor het eerst vond deze, eigenlijk heel toepasselijk, plaats in de Zaal der Zegeningen (Aula delle Benedizioni), de enorme hal die zich boven het voorportaal van de Sint-Pieter bevindt en vanwaaruit je op het balkon komt waar de paus normaliter de zegen geeft.
Deze zaal is dermate groot dat deze keer ook Vaticaanse medewerkers, allen voorzien van mondkapjes, de zegen op veilige afstand van elkaar konden bijwonen:
Staande op een verhoging en achter een moderne plexiglazen lezenaar sprak paus Franciscus eerst zijn kerstboodschap uit. Uiteraard ging het daarbij over de coronacrisis, maar besprak hij ook het leed van mensen en bevolkingsgroepen in tal van landen, met als opvallende uitzondering het lot van de Oeigoeren in China.
Daarna volgde het Angelusgebed (ook wel bekend als het Engel des Heren), dat door katholieke vanoudsher om 12 uur ’s middags wordt gebeden (door de paus bijvoorbeeld elke zondag voor de verzamelde pelgrims op het Sint-Pietersplein), maar nu dus voor het eerst ook bij deze gelegenheid.
Na het Angelus kondigde de aartspriester van de Sint-Pieter, Angelo kardinaal Comastri, de zegen Urbi et Orbi aan, waarvoor paus Franciscus de effen rode stola omgehangen kreeg die ooit voor paus Paulus VI vervaardigd was. Mogelijk dat vanwege de coronacrisis voor dit sobere model gekozen was, waar Franciscus in voorgaande jaren juist weer de rijkversierde klassieke staatsiestola was gaan gebruiken, die nu goed bij de grandeur van de zaal gepast zou hebben.
Na afloop van de zegen sprak paus Franciscus nog een korte kerstgroet in het Italiaans. De kerstwensen in ruim 60 verschillende talen die zijn voorgangers Johannes Paulus II en Benedictus XVI uitspraken heeft de huidige paus al direct na zijn aantreden achterwege gelaten.
Franciscus eindigde zijn kerstgroet met “geniet van het kersteten, arrivederci!” wat meer past bij een dorpspastoor, dan bij de opperherder van de wereldkerk, net zoals hij kennelijk liever het alledaagse Angelus bidt, dan de plechtige zegen Urbi et Orbi geeft.
Links en bronnen
– Katholiek Nieuwsblad: Urbi et Orbi: dankzij dit Kind kunnen wij God ‘Vader’ noemen
– KRO/NCRV: Urbi et orbi: ‘Kerstkind maakt alle mensen tot broers en zussen’